E-nummers: soorten, voordelen en nadelen

E-nummers zijn stoffen die aan voedingsmiddelen worden toegevoegd om versheid, smaak, textuur en uiterlijk te behouden of verbeteren. Ze worden ook wel additieven genoemd.

We moeten er voor zorgen dat de additieven die we binnenkrijgen niet schadelijk zijn voor onze gezondheid. E-nummers mogen op de internationale markt alleen worden toegevoegd als uit onderzoek blijkt dat ze veilig zijn voor consumptie.

Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de JECFA (Joint FAO/WHO Expert Committee on Food Additives). Deze organisatie is op internationaal niveau verantwoordelijk voor de veiligheid van E-nummers. Als je meer wil leren over de voor- en nadelen van E-nummers, lees dan het volgende artikel.

Veelgebruikte E-nummers

Er zijn verschillende soorten E-nummers. Veel van deze additieven worden dan ook door veel mensen gebruikt.

De meest gebruikte additieven zijn bijvoorbeeld:

• zout: voor vlees en vis
• suiker: voor bijvoorbeeld jam
• zwaveldioxide: voor wijn

Soorten E-nummers

Zoetstoffen

Deze stoffen worden toegevoegd om bepaalde voedingsstoffen een zoetere smaak te geven.

Kleurstoffen

Deze stoffen zorgen ervoor dat bepaalde voedingsstoffen een mooiere kleur krijgen.

Conserveringsmiddelen

Dit zijn stoffen die ervoor zorgen dat producten langer houdbaar worden. Ze beschermen het eten namelijk tegen micro-organismen die ervoor zorgen dat je ziek wordt.

Antioxidanten

Antioxidanten zijn eveneens stoffen die ervoor zorgen dat producten langer houdbaar zijn. Ze beschermen het eten dan tegen oxidanten.

Oplosmiddelen

Deze E-nummers zorgen ervoor dat andere E-nummers oplossen of verdund worden.

Voedingszuren

Deze zuren zorgen voor een zuurdere smaak. Ze zorgen er vaak ook voor dat het product langer houdbaar is.

Antischuimmiddelen

Antischuimmiddelen voorkomen dat een product tijdens bijvoorbeeld de bereiding gaat schuimen.

Vulstoffen

Deze stoffen zorgen bijvoorbeeld ervoor dat bepaalde producten meer volume krijgen.

Emulgatoren

Emulgatoren maken het mogelijk om twee onmengbare stoffen alsnog met elkaar te mengen. Bijvoorbeeld water en olie.

Verdikkingsmiddel

Deze middelen zorgen ervoor dat producten stevig blijven. Dit wordt vooral veel gebruikt bij producten waar groente en fruit inzitten.

Smaakversterkers

Smaakversterkers maken de smaak van een bepaald product wat sterker. Dit maakt voedingsmiddelen dan vaak wat lekkerder.

Geleermiddelen

Deze middelen richten zich op het toevoegen van textuur aan bepaald eten. De middelen voegen dan een bepaalde gel aan het eten toe.

Stabilisatoren

Deze stoffen zorgen er bijvoorbeeld voor dat eten minder snel uitdroogt. Ze zorgen er ook voor dat producten zich in een stabiele staat verkeren.

Rijsmiddelen

Deze stoffen laten bepaalde gassen vrij. Dit zorgt er vervolgens voor dat producten meer volume krijgen. Gist is hier een voorbeeld van, evenals bakpoeder.

Complexvormers

Complexvormers zorgen bijvoorbeeld voor chemische verbindingen met bepaalde metalen. Deze stoffen komen bijvoorbeeld voor in frisdranken en bepaalde sauzen.

Verdikkingsmiddelen

Deze stoffen zorgen ervoor dat bepaalde voedingsmiddelen wat dikker worden.

De voordelen van E-nummers

Hoewel we vaak slechte dingen over E-nummers horen, zijn er ook wel wat voordelen te noemen. Denk bijvoorbeeld aan:

• Verbeterde houdbaarheid.
• Bestrijden van bacteriën.
• Sommige E-nummers vertragen ook de groei van schimmels.
• Kleur- en smaakstoffen verbeteren het uiterlijk en de smaak van producten.
• Sommige additieven helpen bij het behouden van de voedingswaarde van het product.
• Bepaalde additieven gaan het verval van voedingsstoffen tegen. Dit zorgt er vervolgens voor dat seizoensproducten het hele jaar door te verkrijgen zijn.

De nadelen van E-nummers

We zetten hier ook de verschillende nadelen van E-nummers op een rij:

• Voor mensen met astma is het belangrijk om sulfieten zo veel mogelijk te vermijden. Deze stoffen kunnen namelijk astma-aanvallen veroorzaken
• Sommige additieven bevatten gluten. Mensen met coeliakie kunnen deze additieven dan ook niet eten.
• Nitraten kunnen giftig zijn. Dit kan vervolgens zorgen voor een verhoogde kans op kanker.
• Zoetstoffen als aspartaam mogen niet gegeten worden door mensen met fenylketonurie (PKU).
• Conserveringsmiddelen kunnen slecht zijn voor de darmen. Dit kan bijvoorbeeld zorgen voor diarree, inwendige bloedingen of een vergrote lever en vergrote nieren.
• Sommige E-nummers vergroten daarnaast de kans dat je een allergie ontwikkelt.
• Een grote hoeveelheid sorbitol is vooral voor kinderen erg slecht. Het kan zorgen voor diarree en maagklachten.