Spier- en neurologische factoren voor kracht

Als we willen weten waar kracht van afhankelijk is, dan moeten we de spier- en neurologische factoren analyseren die een rol spelen bij het ontstaan ervan. Het kennen van deze factoren zal grote voordelen met zich meebrengen als het gaat om het vergroten van onze mogelijkheden.

Onze kracht is afhankelijk van spier- en neurologische factoren die samen de impuls geven om ons vooruit te helpen. Kracht is bijvoorbeeld een zeer belangrijke factor in een trainingsroutine.

Spier- en neurologische factoren voor kracht

Spierfactoren

Wanneer we kracht genereren, dan grijpen de spieren op een bepaalde manier in, namelijk:

• Fundamenteel
• Individueel
• In groepsverband

De grootte van de spier is één van de factoren die een rol spelen als we willen weten waar onze kracht van afhangt. Dat volume, gekoppeld aan de grootte van de spiervezels, zal helpen om meer kracht te genereren.

De vezels

De hoeveelheid en de ontwikkeling van de spiervezels is een andere factor die helpt om de kracht te vergroten. Ze beïnvloeden de snelheid waarmee we een beweging uitvoeren.

De snelle vezels dragen bij aan het genereren van meer kracht wanneer we een snelle beweging uitvoeren. De langzame vezels daarentegen doen dit in het geval dat we langzamere bewegingen uitvoeren. Echter, wanneer een beweging snel is en de vezels die het aansturen worden weinig of onjuist geactiveerd, dan vermindert de kracht.

Kracht heeft ook invloed op de gewrichten

Als we kracht genereren, dan heeft de positie van de gewrichten ook invloed hierop. Afhankelijk van de hoek kan de spier een bepaalde mate van uitrekking bereiken die de binding van myosine en actine activeert.

Er kan ook sprake zijn van tractie op het bot, waardoor je op een bepaald moment de grootste hoeveelheid kracht kunt genereren. Bijvoorbeeld, als we een gewicht van 5 kilo tillen, dan zal de kracht die we moeten genereren afhangen van de positie waar we dat gewicht plaatsen.

De lengte van de spieren

De lengte van de spieren is ook van invloed op de kracht en heeft ook te maken met spier- en neurologische factoren. Wanneer de spieren 20 procent meer uitrekken dan hun diameter in rust, dan levert dit maximale spanning op. Dit is mogelijk dankzij het effect dat de myosine op actine heeft.

Hoe meer we echter de spieren uitrekken, hoe minder effect de eiwitten hebben en des te minder we het vermogen zullen hebben om kracht te produceren.

Kracht en neurologische factoren

Aan de ene kant is naast de spierfactoren de rekrutering van motorische zenuwcellen essentieel om de noodzakelijke kracht te bereiken, overeenkomend met de inspanningen die we ervoor leveren.

De kleinste en de langzaamste motoneuronen of motorische neuronen zijn de eerste die geactiveerd worden als we een licht gewicht optillen. Al met al hebben deze langzame vezels, bekend als type 1, minder stimulatie nodig.

Aan de andere kant, als we de gewichtsbelasting verhogen, dan hebben we meer kracht nodig, wat de snelle vezels activeert. De stimulatiefrequentie die ze nodig hebben is hoger.

Hoe je vezelmoeheid kunt voorkomen

Om vermoeidheid bij krachttraining te voorkomen activeren de vezels niet allemaal tegelijk. Ze worden pas geactiveerd als we de maximale inspanning van de spier nodig hebben. In feite kunnen sommige volledig in rust blijven terwijl anderen kracht genereren, en dan nemen de anderen het over.

Ook is het mogelijk om ervoor te zorgen dat elke geactiveerde motoreenheid een grotere spanning genereert en meer kracht produceert. Om dit te doen, is het voldoende om de ontladingsfrequentie te verhogen die de motorische zenuw produceert.

De beweging of intermusculaire coördinatie is gekoppeld aan de interactie van de agonistische en antagonistische spieren. De eerste zijn de spieren die samentrekken om met de beweging te beginnen, terwijl de tweede zich uitrekken en verlengen om de beweging mogelijk te maken.

Spierspillen

Dit zijn sensorische receptoren in de spier die veranderingen in de spierlengte detecteren en informatie doorgeven aan het zenuwstelsel. Hun functie is om de antagonistische spier te ontspannen om een grotere efficiëntie in de beweging van de samentrekking te bereiken.

Reflex en elasticiteit

Wanneer een spier zich uitrekt voordat hij samentrekt, neemt de kracht toe. Het is wat we noemen: de som van de myotatische reflex en de spierelasticiteit.

In de eerste plaats zorgt de onmiddellijke samentrekking die volgt op een plotselinge verlenging ervoor dat de vezels van de spierspil rekken en dit stimuleert de samentrekking. Met als gevolg dat de kracht toeneemt.

Als we het over spierelasticiteit hebben, dan hebben we het over het vermogen van de spier om de oorspronkelijke initiële extensie na het rekken te herstellen. Deze rek levert energie aan de spier die meer kracht genereert wanneer hij samentrekt, zolang de beweging maar kort is.

Dingen om aan te denken

Naast alles wat al is genoemd, is het noodzakelijk om rekening te houden met bepaalde variabelen die verband houden met deze spierfactoren, zoals de spiertemperatuur. Een warming-up doen voor een contractie verbetert de resultaten. Evenzo belemmert een vermoeide spier een effectieve contractie en genereert zo ook minder kracht.

In de laatste plaats is voeding van vitaal belang om betere resultaten te bereiken. Een spier zal nauwelijks presteren als hij niet de benodigde voedingsstoffen binnenkrijgt, met name:

• Eiwitten
• Vitaminen
• Mineralen
• Koolhydraten

Wat betreft de optimale uren om te trainen, deze liggen tussen 10.00 uur en 12.00 uur  en tussen 19.00 uur en 22.00 uur.